DORDRECHT. Mark van Velzen (35) zette na ruim driehonderd wedstrijden in het eerste zondagelftal van de vv Dubbeldam een dikke streep onder zijn voetballeven als keeper. ,,Mijn lichaam, zeg maar mijn linkerknie, protesteerde al een tijdje. Het is goedzo.’’

Het is mooi geweest, vindt hij zelf. Toch loopt Mark van Velzen deze weken nog steeds een paar keer per week en in het weekeinde vrolijk rond op het trainingsveld van Dubbeldam. Tussen zijn oude ploegmakkers, die in conditie worden gehouden door de nieuwe trainer van de zwart-witte streepjes, Arie van der Zouwen.

,,Nieuwe trainer, nieuwe regels. Van der Zouwen wilde zijn spelers wat sneller leren kennen en voorkomen dat zij een week

of acht helemaal niets doen,’’ verklaart Van Velzen wel de aanwezigheid van de selectie van Dubbeldam,maar nog niet die van hemzelf. ,,Ik ben door Van der Zouwen een paar weken geleden gestrikt als keeperstrainer. Geweldig vind ik dat. Ik moet zelf stoppen, maar ik kan het spelletje nog niet missen. Uiteraard toch weer een belasting voor mijn kapotte knie. Daar kan ik echter wel mee leven. Debelasting is sowieso veel minder.’’

Van Velzen groeide op in de Dordtse wijk Nieuw Krispijn en leerde het voetballen op straat. ,,Ik ben begonnen bij Geluksvogels. De club ook van mijn vader Arie en mijn opa Andries. Als voetballer. Ik ben pas later gaan keepen. Omdat we een keer zonder keepen zaten. Het ging goed en ik bleef in het doel. Op mijn vijftiende ben ik bij Dubbeldam terechtgekomen. Als eerstejaars A-junior werd ik gescout door FC Dordrecht. Daar heb ik twee jaar gezeten. Het eerste jaar in de landelijke A-jeugd. Een mooi jaar. Ikheb in die tijd zo’n beetje alle stadions van Nederland gezien. Het tweede jaar kwam ik in het tweede terecht. In de tijd dat Dordrecht net fuseerde met SVV en Dick Advocaat zich met een leger nieuwe spelers inclusief Joop Hiele, in Dordrecht meldde. Bij het eerste had ik daarom sowieso geen schijn van kans. Ik heb dat jaar vooral veel geleerd van keeperstrainer Nico van Zoghel. Eigenlijk voor het eerst datik fatsoenlijke keeperstraining kreeg. In de jeugd heb ik altijd maar een beetje zelf aangemodderd.’’

Na twee jaar had Van Velzen het wel gezien aan de Krommedijk en kwam terug bij Dubbeldam. ,,Ik kreeg nog wel een telefoontje van Hans van der Pluym of ik niet naar FC Den Bosch wilde komen, maar ik had toen net een baan als monteur in de scheepsbouw. Dat betekende zekerheid. Ik ben overigensnooit meer van werk veranderd.’’

Na een jaartje Dubbeldam 2 belandde Van Velzen onder trainer Ron Rietbroek in zondag 1. ,,Ik heb daarna ook nog een paar jaar gevoetbald. In het eerste van de zaterdag. Ik was het even zat om steeds in de modder te rollen en dacht dat van mezelf dat ik aardig kon voetballen. Na twee jaar kwam ik er achter dat de club als keeper meer aan mij zou hebben. Nu tien jaar geleden ben ik daarom maar weergaan keepen en ben daarna nooit meer weggeweest.’’

De lange periode onder Gradus Roeland was zijn mooiste periode. ,,Gradus is een toptrainer. Zijn veldtrainingen zijn grandioos. En de man heeft natuurlijk een enorme bezieling. Ook in het laatste voor hem en voor ons loodzware jaar is hij tot het gaatje gegaan. Geen moment heeft hij verzaakt. Daarom is het grandioos dat we via de nacompetitie in de tweede klasse zijn gebleven. Gradus en ik hebben in elk geval een perfect afscheid gekregen.. Hoogtepunten? De promoties natuurlijk en de bekerwedstrijdentegen Papendrecht zondag en Kozakken Boys.’’

Van Velzen stopte in zijn lange loopbaan de nodige penalty’s en wil zijn geheim best delen. ,,Bij eenrechtspoot ging ik altijd naar mijn rechterhoek en omgekeerd. Ik ben daar wel eens van afgeweken,maar dat liep altijd fout af.’’

Bron: AD de Dordtenaar