We schrijven zondag 10 november 2019. Een prachtige dag om te voetballen, maar een vreselijke dag voor het voetbal zelf. Vandaag moet er afscheid genomen worden van een icoon. Ik weet nog dat ik vroeger urenlang dromerig naar die ene poster boven m’n bed kon staren. Nummer 9, golvende blonde haren, the man, the myth, Johan fucking Bruystens. Dat ik uiteindelijk nog samen met hem op een veld heb mogen staan was een droom die uit kwam. Een jongensboek! Eindelijk kon ik begrijpen wat Patrick Stolk bij mij voelde. Maar na vandaag zullen we hem niet meer zien voetballen. Dat hierdoor Victoria ’03 aan de kant geschoven moet worden is even bijzaak. Eerlijkheid gebied ook wel te zeggen dat na de vorige tegenstanders de verwachtingen niet al te hoog waren. Onlangs heb ik er de boeken nog op nageslagen of we niet per ongeluk in een G-competitie zijn ingedeeld. Misschien hebben ze Nick zien bewegen of de spelerspas van Axel gezien. Stuk voor stuk prima te begrijpen beweegredenen. Echter is mij op het hart gedrukt dat we toch écht in een ‘normale’ competitie spelen. Een keuze van de bond waar ik na het zien van de eerste poging tot balaanname van Jesper al spijt van heb. Johan voetbalt na vandaag niet meer, maar mijn god, wat hoop ik dat sommige van onze spelers zijn voorbeeld zullen volgen.
Het complete Parkhuis was leeggelopen om te kijken naar hun held van vroeger en busjes van stichting De Zonnebloem reden af en aan. Dit beloofde een bijzondere dag te worden. Bijzonder is het eigenlijk altijd wel aan de Schenkeldijk als het 3e moet voetballen.
Een karige selectie moest de klus gaan klaren. Sweetyman 2.0 staat als trouwe sluitpost onder de lat. De verdediging moest het doen zonder Reinier Wapperom en Patrick Stolk. Gelukkig was Jesper de Bruyn weer fit bevonden en heeft direct zijn plaats in de basis veroverd. Ondanks dat deze dag om Johan moest draaien, was Jesper vandaag toch wel de hoofdact van circus treurdier.
Iedereen die mij goed kent weet dat ik me al jaren gepassioneerd inzet voor de ezeltjes op het Griekse eiland Santorini. Deze lopen dagelijks volgeladen met dikke Duitse toeristen en andere Stolk look-a-likes berg op en af. Uiteindelijk wordt het ze teveel en begeven de arme knietjes het. Helaas hebben mijn balkende vriendjes niet dezelfde luxe als Marco Visscher om zich met 38 schroeven, pinnen, kunstgewrichten en 2 inwendige complete Black & Decker-sets een 2e leven te geven en zullen ze door een dierenarts uit medeleven uit hun lijden verlost worden. Als ik Jesper vandaag zie strompelen, vallen en rennen hoop ik van harte voor hem dat er nooit een dierenarts langs de lijn staat, want het is een kwestie van tijd voordat deze met troostende woorden langzaam door Jep z’n baard aait en hij ons (maar vooral zichzelf) van deze dramatiek verlost.
Jesper ploeterde echter stug door. Bewonderenswaardig, maar onnodig. Gelukkig stond het centrale duo Jeroen/Rocco als een huis en met Pieter op de back waren er meer dan voldoende aanvallende impulsen. Het middenveld werd gevormd door Axel, Robert, Stefan en Nick. Voorin mochten Dennis en Michel proberen de ooit zoveel scorende voetbalschoenen van Johan eer aan te doen.
Het werd al snel duidelijk dat de positie op de ranglijst weinig recht deed aan het elftal van Victoria ’03. Deze mannen konden wel degelijk voetballen, kwamen om te winnen en waren nog eens fit ook. Drie eigenschappen waar onze sterren van de zondag de grootst mogelijke moeite mee kunnen hebben.
Toch waren de eerste kansen voor het Dordtse Juventus. Een paar steekpasses vielen tussen de stugge verdediging en de keeper, maar werden keer op keer zeer fanatiek afgevlagd door de toen nog lange, oude, grijze grensrechter van Victoria. Gelukkig had de scheidsrechter rap door wat voor type dit was en besloot hem te overrulen waardoor de eerste speldenprikjes een feit waren. Een diepe bal werd voor het doel langs breed gelegd, panklaar voor de aanstormende Stefan de Meijer. Verwoestend werd er uitgehaald en het geluid van het uiteenspattende leer op de onderkant van de lat galmde over het veld. Er werd wel doorgespeeld. Stefan was verbaasd, boos en verongelijkt. ‘’Hij zat!’’, schreeuwde hij. ‘’Ik weet het zeker! 1000% procent over de lijn, een loepzuivere goal!….denk ik.’’ Wij wisten genoeg en de 0-0 bleef staan op het scorebord. Gelukkig kreeg onze bebaarde aanvoerder niet lang erna een herkansing en kon hierbij wel de bal tegen het net krijgen. 1-0 voor Dubbeldam. De grensrechter van Victoria had inmiddels een ware Benjamin Button-achtige transformatie ondergaan. Plots was hij klein, had donker haar en was een jaar of 10. Duidelijke instructies van de verdediging om wanneer hij zijn vlag omhoog moest steken zorgde in het veld voor veel onduidelijkheid en irritatie. Dit moet en mag je een kind natuurlijk nooit laten doen. Toen het fluitsignaal voor de rust ging liep de invalvlagger dan ook hevig huilend richting de kantine. Echter kan dit ook zijn geweest doordat het de laatste wedstrijd van Johan was. Of gewoon omdat hij net 3 kwartier Jesper heeft moeten zien voetballen. Al met al genoeg reden om hem te troosten en een nieuwe vlagger voor de 2e helft aan te stellen.
Deze helft verliep vrij gelijk aan de eerste. Zij hadden geen kansen en wij zeer weinig. Het duel werd voornamelijk op het middenveld uitgevochten en ging heen en weer. Langs de lijn hadden zich nog meer mensen verzameld, wachtend op dat ene moment waarvan je wist dat het zou komen. Tussen de toeschouwers stonden ook enkele fit ogende spelers met een Dubbeldam shirt aan. Dit kwam goed uit omdat we inmiddels Takkie binnen de lijnen moesten brengen en ook Michel last van zijn hamstring had. De blanke Keniaan Sven kon direct invallen om te doen wat hij het beste kan. Alhoewel, kón, want ook hij greep na weer een lange sprint naar de hamstring. Ondanks dat vaste invaller Ferdy plots schitterde door afwezigheid werd ook voor Sven een meer dan goede invaller gevonden en konden we verder toewerken naar het moment-suprême. Na eerst 30 minuten in een warm bad vol WD-40 smeermiddel geweekt te hebben kon zelfs Marco Visscher al piepend en krakend aan zijn eigen 38eafscheidswedstrijd beginnen. Toen ook nog Johan zich klaarmaakte om in te vallen was direct de omslag op veld merkbaar.
Alleen al het zien van de Dubbeldamse Kieft werkte als een rode lap op een stier. Plots waren er opstootjes, scheldpartijen en te harde overtredingen. Het liefst wilde Johan direct het veld inrennen. Je zag het kriebelen. Dit soort wedstrijden smult hij van. Grommend stond hij naast me langs de lijn en zodra ik hem bevrijde van zijn halsband stormde hij onder luid applaus het veld in en stortte zich als een Mechelse herder op de tegenstander. Hij had zelfs bíjna een bal afgepakt en kwam nog gevaarlijk dicht bij het onderscheppen van een pass. Toen hij zich ook nog eens bíjna succesvol aanbood als aanspeelpunt en zelfs nog bíjna een bal kon aannemen was al het verzet bij de tegenstander wel gebroken. Hier liep een ooit hele grote speler, dat was wel duidelijk.
De scheidsrechter kon deze slachting niet langer aan zien en besloot een eind aan de match te maken. En zo geschiedde het, de voetballer Johan Bruystens is niet meer. Dubbeldam 3 staat nog altijd stevig aan kop in de competitie, maar is nu officieel een kopper armer. Voetbal zonder Johan. Het is als Stefan zonder baard, Martin Bernhard zonder bloed op zijn scheenbeschermers, Ferdy zonder peuk. Allemaal moeilijk voor te stellen, maar als Danny plots de 0 gaat houden en Steefie matchwinnaar is, is er wellicht toch nog hoop voor ons sterrenensemble.
Volgende week is het uit bij Sprundel en bij een overwinning kan ons de officieuze titel van Herbstmeister nauwelijks nog ontgaan. We ploeteren door. Soms goed, vaak slecht, maar we gaan door. We moeten wel, voor Johan.