HONDERD JAAR VV DUBBELDAM: Broers schreven historie

DORDRECHT . Dubbeldam bestaat 100 jaar. De broers Van der Weijden waren een begrip in de gouden jaren tachtig.  Wij brachten vier van hen, Jan (65), Maarten (60), Leo (53) en René (51) bij elkaar. Een bijzondere middag met sterke verhalen en mooie herinneringen.

© JAN VOLWERK

Het uitkiezen van de stoelen in de bestuurskamer is al een ritueel. ,,We hadden in de kleedkamer ook altijd een vaste plek. Hier dus ook,’’ verklaart Maarten van der Weijden die al bijna een halve eeuw lid is van vv Dubbeldam. De in Roosendaal woonachtige Leo knoeit met zijn koffie. Broer Jan ruimt op. ,,Dat was vroeger ook al zo,’’ zegt Maarten met een brede glimlach om zijn mond. De toon is gezet.

De broers Van der Weijden zijn opgegroeid in een supergroot gezin. Zeven jongens en vijf meisjes. ,,We hebben een fantastische jeugd gehad. Het heeft ons aan niets ontbroken. Het enige nadeel was dat je voor je eten moest vechten,’’ zegt  René. Leo: ,,Dat was juist een voordeel. Daar werd je hard van. Er was overigens altijd genoeg. Nee, onze vader was zelf geen groot voetballer. Wel een fervent supporter en gelukkig een vader die zijn mond hield langs de lijn.’’

Het leven van de broers speelde zich buiten af. ,,Met een bal voetballen in het park tot de politie ons achterna kwam.’’ Maarten en Jan waren een jaar of elf, twaalf toen zij lid werden van Dubbeldam. ,,Eerder kon niet.’’ Trainingskleren gingen over van broer op broer. Maarten: ,,Een trainingspak zat er in het begin helemaal niet in. In de wintermaanden trainde ik op het complex aan het Kooipad in mijn korte broek.’’ Jan: ,,En met een shirtje van Jansen & Tilanus.’’ Leo: ,,Met schoenen met twee strepen. De derde streep tekenden we er zelf bij. Net écht.’’ René: ,,Met rode veters, die waren goedkoper.’’ Maarten: ,,We konden voetballen. Daar ging het om.’’

Jan mocht aanvankelijk niet op zondag voetballen bij Dubbeldam en vertrok op zijn achttiende jaar naar Wieldrecht. Jan: ,,Dat er een taboe rustte op voetballen op zondag was de invloed van onze oma en opa. Onze opa was koster. Onze broer Piet verongelukte in 1968 op zijn achttiende, een dag voor hij op zondag zou gaan voetballen. ‘De straf van God’, riep oma destijds. Toch zorgde deze gebeurtenis er voor dat in ons gezin wat makkelijker werd gedacht over voetballen op zondag.’’

Het is één keer voorgekomen dat er vijf broers – Jan, Koos, Maarten, Leo en René – in Dubbeldam 1 hebben gespeeld. Cor, de oudste van de broers, die maar heel even heeft gevoetbald, was toen al vertrokken uit Dordrecht. René: ,,In een oefenwedstrijd tegen HWD stonden we met z’n vijven in het veld. Toen ik later onder trainer Reinier Kreijermaat vast in het eerste elftal kwam, speelde Jan inmiddels al in het tweede en mocht Koos, ons feestbeest en trainer van Dubbeldam 2 geweest, af en toe als invaller opdraven.’’ De naam Kreijermaat is gevallen. Zijn periode in de jaren tachtig staat synoniem voor succes. In 1981 promoveerde Dubbeldam van de vierde naar de derde klasse. In 1982 werd de districtsbeker in West II gewonnen en in 1984 promoveerde Dubbeldam zondag 1 van de derde naar de tweede klasse. Leo: ,,Kreijermaat was een geweldige trainer. Hij heeft ons écht leren voetballen.’’ Maarten: ,,We hadden ook een geweldige groep. Met oude steunpilaren als Gerrit Vos en Cees Zwang.’’

Anekdotes te over uit die tijd. Leo: ,,Ik weet nog dat we een belangrijke pot tegen DCV moesten spelen. De spanning vooraf was groot. Ik maak mijn tas open. Pakte mijn schaatsen eruit en hield ze omhoog. Daarna schreeuwde ik het uit van verbazing.’ Goh, trainer, ik heb per ongeluk mijn wintertas meegenomen’. Kreijermaat was woest. De spanning was wel weg en we wonnen.’’ Maarten: ,,De mooiste verhalen dateren uit de tijd van trainer Paolo Porcu, een echte Italiaan. Een gouden trainer, vooral in het smeden van een team. We hebben van alles met hem uitgehaald. Zo hebben we een keer zijn auto op blokken gezet. Hij had niets in de gaten en bleef maar gas geven, maar kwam geen centimeter vooruit.’’

Leo was de beste voetballer van de broers Van der Weijden. Hij werd elk jaar wel gebeld door Heerjansdam-voorzitter Janus van Peenen. En zwichtte uiteindelijk ook. ,,Een onvergetelijk jaar, waarin we zelfs kampioen van Nederland werden,’’ aldus de in Roosendaal woonachtige Leo die ook nog één jaar bij FC Dordrecht voetbalde en na zijn voetballoopbaan trainer werd. ,,Nu bij Krabbendijke.’’  Ook René verkaste nadat Dubbeldam weer was afgegleden. Hij vertrok voor één jaar naar ’s-Gravendeel  twee jaar naar DFC. René was heel even trainer van GSC. ,,Dat was geen succes door de instelling van de spelers.   Maarten voetbalde tot zijn 36ste in Dubbeldam 1 en werd jeugdtrainer toen zijn zoon Rory begon met voetballen.’’ In het Dubbeldam zondag 1 van nu staat ook weer een telg van de familie Van der Weijden: Leon, de zoon van René. Hij is net als zijn veel te jong gestorven oom Piet een talentvol keeper. René: ,,Van A2 belandde hij dit seizoen in het eerste.’’